LibreOffice 7.4 Help
Opent een lokaal of extern bestand of importeert er één.
LibreOffice gebruikt de bestandsverkenner van uw besturingssysteem voor de opdracht
.Als het bestand dat u wilt openen opmaakprofielen bevat, zijn speciale regels van toepassing.
Geeft de bestanden en submappen in de map weer waarin u zich bevindt. Wanneer u een bestand wilt openen, selecteert u het en klikt u vervolgens op Openen.
Houdt Openen om meer dan één document op hetzelfde moment, elk in een eigen venster, te openen.
ingedrukt terwijl u op de bestanden klikt en klik dan opModerne systeembestandsdialogen bieden vele functies voor bestandsverwerking. Met de meeste kunt u de naam wijzigen, bestanden verwijderen, bestanden maken, de lijst met bestanden sorteren, bestanden en mappen weergeven in pictogrammen, boom- of lijstweergaven, de mappenstructuur van het bestandssysteem doorlopen en nog veel meer. Gebruik de rechtermuisknop om een lijst met opdrachten voor de geselecteerde bestanden in het weergavegebied te krijgen.
Voer een bestandsnaam of een pad voor het bestand in.
De volgende functies zijn beschikbaar voor dit dialoogvenster:
Als er meerdere versies van het geselecteerde bestand bestaan, selecteert u de versie die u wilt openen. U kunt meerdere versies van een document opslaan en beheren door Bestand - Versies te kiezen. De versies van een document worden in alleen-lezen modus geopend.
Selecteer het bestandstype dat u wilt openen of selecteer Alle bestanden (*) om een lijst met alle bestanden in de map weer te geven.
Opent de geselecteerde documenten.
Als u het dialoogvenster hebt geopend door Invoegen - Bestand te kiezen, wordt de knop Openen met Invoegen aangeduid. Voegt het geselecteerde bestand in het huidige document bij de cursorpositie in.
Opent het document in alleen-lezen modus.
Wanneer u een document opent dat is gemaakt op basis van een sjabloon, controleert LibreOffice of de sjabloon is gewijzigd sinds het document voor het laatst werd geopend. Als de sjabloon is gewijzigd, wordt een dialoogvenster weergegeven waarin u kunt selecteren welke opmaakprofielen op het document moeten worden toegepast.
Klik op
om de nieuwe opmaakprofielen uit de sjabloon op het document toe te passen.Om de opmaakprofielen te behouden die momenteel in het document worden gebruikt, klikt u op
.LibreOffice herkent sjablonen in elke map die is gedefinieerd voor Sjablonen in .
Als een document is gemaakt met een sjabloon die niet kan worden gevonden, wordt er een dialoogvenster weergegeven waarin u wordt gevraagd hoe u de volgende keer dat het document wordt geopend, moet doorgaan.
Om de koppeling tussen het document en de ontbrekende sjabloon te verbreken, klikt u op LibreOffice de sjabloon de volgende keer dat u het document opent.
, anders zoektWanneer u niet is opgegeven in het pad Sjablonen, dan de documenten op basis van dat sjabloon worden niet gecontroleerd.
gebruikt en een sjabloonfilter selecteert om een sjabloon op te slaan in een map die